Cementerio Inglés (De Engelse Begraafplaats van Malaga)
Avenida de Pries (tegenover de stierenarena)
Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 10.00 tot 14.00 uur
Entree: 4,- kinderen tot 18 jaar en 65+ : 2,-
In een chique wijk van Malaga ligt de Engelse Begraafplaats van Malaga. Op deze ‘Cemeterio Inglés’ zijn vanaf 1831 niet-katholieke Engelsen begraven. De laatste begrafenis was in 2014 en heel af en toe wordt er nog een urn bijgezet.
De totstandkoming van de begraafplaats is het initiatief van de Engelse consul William Mark die van 1824 tot 1836 in Malaga resideerde. Tot zijn grote afschuw maakte hij mee dat de niet-rooms katholieken uitsluitend op het strand en in verticale positie begraven mochten worden, met alle lugubere gevolgen van dien. Lichamen spoelden weg en soms ook weer aan of vielen ten prooi aan dieren.
De Engelse begraafplaats van Malaga
Na jaren van lobbyen kreeg de consul in 1831 uiteindelijk toestemming van de autoriteiten van Malaga om buiten het centrum een begraafplaats op te richten.
Een van de eerste graven was voor de liberale Robert Boyd die in Malaga werd geëxecuteerd omdat hij een medestrijder was in de opstand van 1831 onder leiding van Generaal José Maria Torijos waarin, zonder succes, geprobeerd werd een einde te maken aan het regime van Koning Ferdinand VII.
Zijn graf is opgesierd met schelpen en overal op deze begraafplaats zal je schelpengraven terug kunnen vinden.
De bijzondere ‘schelpengraven’ zie je vooral veel terug in het oude gedeelte van de begraafplaats maar ook vind je er veel graven met grafstenen, graftombes en door gietijzeren hekken omheinde graven. De vele kleine graven, ook met schelpen versierd, zijn kindergrafjes.
De benaming ‘Engelse begraafplaats’ moet echter wel met een korreltje zout genomen worden. Er liggen mensen van verschillende nationaliteiten begraven waaronder zelfs Spanjaarden. Ook de 42-koppige bemanning van het Duitse marineschip ‘Gneisenau’, dat in het jaar 1900 net buiten de haven van Malaga is gezonken, vond hier zijn laatste rustplaats.
Tot het jaar 1904 werd het onderhoud van de begraafplaats gefinancierd door de Engelse overheid. Toen deze toelage werd stopgezet raakte de begraafplaats langzaam maar zeker in verval. De stichting ter behoud van de begraafplaats moet het tegenwoordig hebben van entrée gelden, donaties en vrijwilligers maar het is bijna onmogelijk de 8000 m2 land, verdeeld over vijf terrassen, netjes op orde te houden. Graven zijn verzakt, grafstenen gebroken en bezoekers wordt meegedeeld dat men het perceel weliswaar betreden mag maar wel op eigen risico. Het geheel oogt misschien een tikje verwaarloosd maar dit geeft het geheel juist z’n bijzondere charme.
Op het terrein bevind zich de Anglicaanse St. George church waar iedere zondag om elf uur een dienst gehouden wordt.
Bij de ingang vind je de kassa en souvenirwinkeltje. Dit was het voormalige en in 2005 gerestaureerde portiershuis.